Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>STEPHANIE (het autaarhen omarmende). Om ze te bekomen, zult gij ze uit mijne handen moeten rukken.</p>
<p>STARING (bevend van woede). Stephanie, voor de eerste maal van mijn leven, ga ik gewe!d gebruiken (eenen stap naderende.) Ik wil, die beelden hebben, ik (De Bohra die tot heden op den achtergrond gebleven is en het tooneel met deelnemende gebaren heeft gevolgd, plaatst zich op eens tussehen Stephanie en Staring.) DE BOHRA (met kracht). Geweld plegen, zegt gij! Alvorens gij haar die beelden uit de handen rukt, zult gij mij moeten over het lijf loopen.</p>
<p>STATtING. Eene non !..</p>
<p>GOLTZ (lachend). Het rn i rakel van een beggijntje dat tusschen het spel uit de lucht valt!</p>
<p>DE BOHRA. Wel nu, waarom pleegt gij geen geweld I Waarom wederhoudt gij u thans ? Of durft gij de oude vrouw niet aanranden en omver rukken ? Ziedaar wel de vrijdenkers ; zij schreeuwen en tieren tegen de onverdraagzaamheid der kerk ; zij willen vrij denken en vrij handelen, en als er naast hen cone arme vrouw hare ziel uitboezemt voor de beelden die haar aan al ItA heilige en het liefderijke des levens herinneren. die haar alleen nog hoop en troost kunnen doen verwerven, dan slaan zij dia beelden aan stukken. Maar kom dan, ellendige, die gij •ijt, en pleeg dan geweld</p>
<p>GOI.TZ (tot Staring in gramschap). Gaat gij die zwarte kraai hare gal laten uitspuwen. zonder dat gij u verroert.</p>
<p>_ STAmNo. Ik kan geen woord bijvoegen; het is alsof mijne moeder voor mij stond.</p>
<p>GOLTZ. Ik ben niet zoo als gij, flauwhart ik laat mij zoo licht noch verteederen, noch afschrikken. Ik heb reeds</p>
</text>
|