| Full text |
156 Over de overtuiging van het verfrand
zelve aangedaan, of kort geleden getroffen wier
den; bij voorbeeld , over En dood, de noodza
kelijke voorbereiding daartoe, en zijne gevol
gen, bij gelegenheid van een 'fterfgeval of eene
begrafenis, enz
b. Het verbinden van bovennatuurlijke en al.
gemeene waarheden met iets, dat bekend , cen
Voorwerp voor de zinnen, list bevattelijk is, en
dikwijls voorkomt. Dit gefchiedt door het een
als eene oorzaak, als een uitwerkfel „ Een voor.
beeld , eene geliijkenis, een kenmerk enz. van het
andere voor te dragen. Dus verbindt gij de leer
van GoDs magt, wijsheid en goedheid aan zine
nelijke woorwerpen, wanneer gi zon, maan,
flerren, dieren, planten enz. als uitwerkfels van
deze eigenfchappen aanvoert, en op gelijke wijze
kan de leer van cops V oorzienighe sid aan de ge.
fchiedenis van den braven jozer, en zoo ook
kunnen andere waarheden aan andere, gepaste,
bijbelfche voorbeelden, als mede aan godsdien=
ûige inftellingen , voor zoo ver die af beeldfels
an godsd ienftige zaken zijn , verbonden wore
ke De waarheden, waarvan de her rinnering in
fommige DR noodzakelijk is, moeten aan
die gevallen worden gehecht, dat is: gij moet
alleen die gevallen opnoemen , waarin de kinde-
ren zich deze of gene waarheid moeten herinne-
ren. Bij voorbeeld: wanneer gij de vertroostene
de leer van Paurus, dengenen , die Gon licfhebe
ben, werken alle dingen mede ten goeae (*), vere
klaard hebt, dan moet gij bij u zelven nafpo-
ren, welke Tar mpen uwen fcholieren. waarfc hijr n=
lijk zouden kunnen ove rkomen, en hen deze of
dere
*) Rom. VIII: 28.
? |
