Full text |
is voor hun land en voor Europa. Met
kennis van. zaken schildert hij het
redaktiekantoor van een grote krant,
de verhoudingen in een universiteits-
stad, het toneelleven, de boekhandel, de
revolutie, de reaktie. Hij portretteert
politici, schrijvers, kunsthandelaars, evo-
keert de barokko-architektuur van de
Munchener kerken, de bekoring van
enkele doorreisde landschappen. De rijke
stof verdeelt hij in West en Zuid-Duits-
land, Munchen, Centraal Duitsland,
Berlijn, met bovendien een zestal af-
zonderlike hoofdstukken. Een deel van
deze studies verschenen destijds reeds
in «L’Art Libre», de kleine helft was
onuitgegeven. S. S.
Georges Marlier. — L’Œuvre plastique
de Paul Joostens. Anvers, Ça-ira.
Een loffelik initiatief : het bekendmaken
van het werk van onze jonge modernisten
door korte karakteristieken met afbeel-
dingen van hun werk. Naar we vernemen
zullen in ditzelfde formaat nog andere
jongeren behandeld worden. Marlier
volgt in een twintigtal bladzijden tekst
het reeds rijke en steeds zo fijne werk
van Joostens, en 24 reprodukties geven
van dit werk een denkbeeld. Dit kan een
belangrijke serie worden. Het proza
van Marlier is bedachtzaam, sonder
dwaas lyrisme, gelijk het werk van
Joostens met al zijn fijnheid eveneens
vol geestelike spanning zit. S. S.
Franz Blei. — Das grosse Bestiarium
der modernen Literatur. Berlin, Ernst
Rowohlt.
De geestige Duitse schrijver, die ons
onder veel andere ook dat mooie boek
over Duits modern toneel schonk, voert
hier een maskerade op van Duitse en
andere schrijvers en dichters : een lange
lijst van min of meer verdraaide eigen-
namen, waarachter dan de beschrijving
van het naar deze naam luisterende
literaire « dier ». Daarna enkele hoofd-
stukken « zur ideologischen Morphologie
der literarischen Bestiae ». We kunnen
niet zeggen, dat de vaak ietwat gezochte
bepalingen en omschrijvingen ons altijd
hebben verrukt. Het best aan het boek
is nog het omslag, waarover een hele
ark van iNoë werd uitgestrooid.
Jef Claes. Zielegroei. Antwerpen,
Het Vlaamsche Land. fr. 5,50.
Het thema is wel wat ouderwets :
arm koeherderken dat schoolmeester
wordt, met wat onschuldige liefde enz.
Partij-katholieke tendens. Toch literair
in het geheel niet zonder belang. Met
waar talent is hier verteld, de taal is
zuiverder dan we in dergelik werk
gewoon zijn, vele bladzijden zijn een-
voudig mooi. Mogelik groeit hier een
uitstekend populair schrijver uit.
BMgli
Hutchinson. — Burgerrecht. Amster-
dam, Van Holkema & Warendorf.
« Ik heb dit burgerrecht voor een
grote som geld verkregen », zo luidt
het motto van dit dikke boek, dat de
uitgevers in het zóg van « Als de winter
komt » (zie B. G. nr. 4) de lezerszee
hebben ingezonden. Het lijkt ons veel
minder. Slechter maakwerk dan die
zo geslaagde voorganger. De heldin is
een begaafde vrouw die absoluut een
werkkring handhaven wil buiten haar
nochtans niet klein gezin, met het
gevolg dat haar kinderen de een na de
ander allerrampzaligst eindigen. De
schrijver heeft geen maat kunnen hou-
den en komt er daardooor niet toe van
zijn stelling ook maar iets te bewijzen.
S. S:J
Albert Verwey. —r Proza. VII. Am-
sterdam, Van Holkema & Warendorf
en Em. Querido.
Wij vestigen nogmaals de aandacht
op deze zo belangrijke uitgave.- Dit deel
brengt o. a. : Geestelijk leven in Neder-
land. Wat de landbewoner sprak over
de samenleving. Dichters in Europa.
163 |