Full text |
gegevens ; het belangrijkste is in elk geval dat die elementen worden opgenomen die in
een collectie van twintigduizend titels de identiteit en de identificatie van het boek moge-
lijk maken. Hiervoor hoeven heus geen cataloguskaarten te worden opgesteld die meer
zwart dan wit laten zien.
Het voordeel van een dergelijke, goed overwogen vereenvoudiging, zou o.m. hierin bestaan
dat op elk ogenblik, bijvoorbeeld op het niveau van de bibliotheekschool, de regels kunnen
uitgediept worden zonder dat eerst-aanvaarde aanpassingen (= veranderingen) terug
ongedaan worden gemaakt. Waarom zou een werkgroep met preciese opdrachten niet
binnen een half jaar een dergelijke vereenvoudiging kunnen voorstellen ?
43 Syllabus
Mits het intrappen van een open deur kan verwacht worden dat de tweede uitgave van de
syllabus bij het verschijnen van deze bijdrage reeds door vele bibliothecarishanden zal
gekoesterd of verscheurd zijn. Er zal tevens officieel medegedeeld zijn dat de nieuwe
uitgave helemaal geen aanspraak maakt op evangelische waarheid noch op wiskundige
volledigheid. In elk geval werd getracht rekening te houden met de meest recente
ervaringen opgedaan bij de ondervragingen die stof leverden voor deze bijdrage en met
het resultaat van vele gedachtenwisselingen met lesgevers en cursisten. Toch is reeds
nu duidelijk dat sommige hoofdstukken nog concreter en directer op de praktijk moeten
afgestemd worden.
44 Lesgevers
Er wordt weleens gefluisterd dat de Akte slechts... en dat de vergoeding voor de lesgevers
slechts... enz. Wie aan de basis werkt moet het veld op ; daar komt men niet tussen uit.
Er moge daarom met alle nadruk worden aanbevolen dat de bevoegde diensten de vak-
kennis van de nieuw aan te trekken lesgevers ernstig zou onderzoeken. De dagelijkse
praktijk en het pragmatisme volstaan niet om anderen op te leiden. Men zal nooit, ook
niet met de volmaaktste syllabus de eenheid en het gedegen bibliotheekwerk bereiken als
er niet de lesgever is die door zijn kennis van het vak, verworven door een grondige
opleiding, door vakliteratuur én door de praktijk, in staat blijkt te zijn te kiezen wat hij
overdraagt, hoe hij overtuigt, kan vergelijken en afwegen. Men mag van een lesgever
verwachten dat hij meer kent dan wat hij behoeft voor de dagelijkse praktijk en dat hij
een vollediger inzicht heeft en een meer diepgaande kennis van de materie die hij zal
onderwijzen. Daarentegen is het logisch dat een bepaalde specialisatie (juridische aspec-
ten, bibliotheektechnische problemen) wordt aanvaard zodat iemand die thuis is in de
vraagstukken van het bibliotheekbeheer en het beheer in het algemeen niet moet gedwon-
gen worden om titelbeschrijving te doceren.
Ook voor lesgevers, zelfs met enkele jaren ervaring, is bijscholing noodzakelijk. Daarom
zou het recent genomen initiatief door de Bibliotheeksectie van de Algemene Conferentie
der Nederlandse Letteren (1974) in verband met de bijscholing van de bibliotheekvak-
docenten mogen uitgebreid worden en zouden lesgevers Akte van Bekwaamheid bijzondere
aandacht moeten opeisen.
45 Lesorde
In de syllabus is een wel overwogen volgorde van vakken aangebracht die toelaat de
cursist gaandeweg in de techniek en de opvattingen in te wijden. Daarenboven wordt er
op aangedrongen het aantal lesgevers te beperken opdat een grotere eenheid in stof-
verwerking zou groeien en waardoor tevens de kans op onnodige overlappingen geringer
wordt. Zo is het volkomen tegen de opvattingen van de syllabus wanneer boekkeuze,
bibliografie en de eigenlijke theorie van de collectievorming door verschillende lesgevers
zouden gedoceerd worden.
42 / Bibliotheekgids — Jg. 52 — Nr. 1
1976 |