| Full text |
HEC VE
bemerkt dat anderen haer ook geerne zien : die mynheer
Zozèf, van wie gy zoo veel werk maekt, zoekt haer te
verleiden, ik zoû daer haest myn hoofd durven op
verwedden.
Pauwel. — Gekkery, Bruno, gekkery ! En de be-
wyzen daervan ?
Bruno. — Die zal ik u leveren. Zie, gelyk uwe vrouw
vermoed heeft, is dit naeikussen de fliep, die voor haer
bestemd is. De hairsnyder en Karolina moeten samen
herwaerts komen, en gy, die na hen de danszael hebt ver-
laten, verschynt hier vroeger dan zy.
Pauwel. — En wat maekt gy daeruit op ?
Bruno. — Dat hy uwe vrouw langs eenen grooten
omweg leidt, om den tyd te hebben haer wat vleijeryen
in het oor te blazen, en om haer meer en meer van hem
te doen ingenomen zyn. En wat my nog het ergste ver-
moeden heeft doen opvatten, is dat hy my een naeikussen
heeft doen maken met een dubbelen bodem, een zoo
gezegd sekreel, daerby voegende : de meeste damen
hebben sekreten te bewaren.
Pauwel. — En ditis echt ?
Bruno. — Zoù ik myn vriend Pauwel willen voor den
zot houden ?
Pauwel. — Maer wat moet ik nu doen? Hem myn huis
ontzeggen? Hem op straet werpen ?
Bruno. — Daervoor zoudt gy gegronde bewysredeuen
moeten kunnen bybrengen, en die hebben wy nog niet:
anders zoû uwe vrouw u wel kunnen betigten van
zonder reden jaloersch te zyn.
Pauwel. — Maer wat moet ik dan doen ?
Bruno. — Zy zullen weldra hier aenkomen : 'zy
zullen gelooven dat zy hier alleen zyn, en een zeker
voorgevoel zegt my dat de hairsnyder zich onvoorzichtige
woorden zal laten ontvallen, die zyn helsch plan zullen
verraden. Wy moeten ons beide verbergen en hem
afluisteren.
? |
