Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>Stil, Jefken ! zegt moeder Claessens, gij zult uw zusje wekken,</p>
<p>Evenwel blijft het kind staan, richt zich op zijne kleine teentjes zoo hoog het kan en reikhalst om zijn zusje te kunnen aanschouwen.</p>
<p>Kom, kom Jefken ! moet gij Wiesje een kusje geven ? hervat de zorgvuldige moeder.</p>
<p>Zij neemt het jongentje op, dat met zijne beide handjes, het kleine wichtje op de wangjes liefkoost en daar.na een hartelijk zoentje geeft.</p>
<p>Nog ! nog ! mompelt de kleine schalk, wanneer moeder hem terug nederzet. Doch nu neemt vader Claessens hem op en laat hem op zijne knieën schrijlings paardje rijden ; eene oefening waar de kleine guit bijzonder veel vermaak en pret in schept.</p>
<p>Intusschen giet moeder de aardappelen af, plaatst de borden op de naakte tafel en eenige stonden later verorberen de echtgenooten met den meesten smaak, elk eene opgestapelde telloor van die knolvrucht met fijn gesnedene roodekool salade.</p>
<p>Na het maal wordt Jefken, die reeds vroeger zijn bloempapken gekregen heeft, te slapen gelegd, en het gelukkige paar kan nu onder genoeglijk keuvelen eenige rustige uren slijten.</p>
<p>Zeg eens Hein, begint vrouw Claessens, waarom zouden die twee heeren met hunne ijzeren ketting hier wekden ganschen dag geloopen hebben?</p>
<p>Zijn zij alweder hier geweest ?</p>
<p>Ja, en zij hebben vo-oral naar ons huisje, en naar gaxtsch de buurt, staan zien. Zij meten met dien ketting, geloof ik, want zij leggen altijd het eene eind achter het andere en schrijven telkens iets op een klein zakboekje. Dat is nu sedert acht dagen reeds de vierde maal, dat zij hier in de buurt zoo aan 't meten en aan 't uitcijferen zijn. Daar schuilt iets achter!' vrouw, verklaart Hein met grooten ernst en op geheimzinnigen toon.</p>
</text>
|