Full text |
— 42 —
2.000 gulden om in de veiling der bibliotheek van
zijnen miskenden overleden ambtenaar, merkwaardige
en zeldzame werken aan te koopen. Die belangrijke
veiling had van 14 tot 19 September plaats, want er
waren niet minder dan 2.571 nummers.
Van toen de gekrenkte een en zeventigjarige
Lauwers in den herfst van 1826 de bibliotheek verliet,
was zij gesloten gebleven. Jan Frans Willems, de
geleerde Vlaamsche schrijver, die waakte op alles
wat de geestesontwikkeling en den vooruitgang zijner
stamgenooten betrof, wendde zich tot het stadsbe-
stuur, om het onvergeeflijk gesloten houden der
stadsboekerij te laken. Zijne gegronde klachten
maakten indruk op de Heeren en reeds in de Raad-
zitting van 24 Juli 1828 bracht Burgemeester Floris
van Ertborn der vergadering onder het oog, dat eene
toezichtscommissie diende benoemd voor de stads-
bibliotheek, welke langen tijd was verwaarloosd en
moest heringericht worden, ten gebruike van het
onderwijs der kunsten en wetenschappen, inzonder-
heid voor diegenen, welke de middelen niet bezaten
tot het aankoopen der kostbare werken, onmisbaar
voor hunne studiën. Deze toezichtscommissie zou,
onder het voorzitterschap des Burgemeesters, bestaan
uit drie leden, wier werkzaamheden werden geregeld
door de volgende verorderíing :
« De Raad des Bestuurs, Overwegende dat de
stad Antwerpen eene Bibliotheek bezit, welke,
schoon dezelve langen tijd is verwaarloosd geweest,
tot een nuttig gebruik kan worden ingericht ;
» Willende dezelve in verband brengen met het
onderwijs der Kunsten en Wetenschappen binnen
deze stad, en aan alle leerzuchtige personen de
gelegenheid geven, om ook die werken te kunnen
lezen, waarvan de prijs het vermogen van velen te
boven gaat ;
Pp BESEUIL:
DART A.
» Onder het Voorzitterschap van het Hoofd der
stedelijke Regering, zal er eene kommissie worden
aangesteld, bestaande uit drie leden : deze kom-
missie zal met het toezicht over de stadsbiblio-
theek gelast zijn.
» ART. 2.
» Zij zal geregeld eens ’s jaars, en wel in de
maand Julij, ten stadsraadhuize vergaderen, om
over de aangelegenheden der Bibliotheek te han-
delen, en eene lijst der ontbrekende werken op te
maken.
» De Professoren van Kunsten en Wetenschap-
pen, binnen deze stad woonachtig, zullen ter
bijwoning dier zitting worden uitgenoodigd.
» Verder vergadert de kommissie zoo dikwijls
als de omstandigheden het vereischen, of de
Voorzitter, welke steeds de bijeenroepingen zal
doen, zulks mogt goedvinden.
» ART. 3.
» De kommissie zal de middelen beramen welke
het geschiktst zullen voorkomen om de ter Biblio-
theek bestaande werken te overzien en rang-
schikken; en van diegene, die zij niet mogt noodig
oordeelen te behouden, zal zij aan de Regering
eene lijst inzenden.
? |