Full text |
nn
Aldus aangekondigd moet de openbare stadsbi-
bliotheek veel bezoekers hebben gehad, in dien tijd
dat de Antwerpenaar zich weer hoopvol aan de studie
zette. Het publiek was in de bibliotheek zelve toege-
laten en zat aan allerhande tafels, tusschen de schab-
ben met boeken. De bibliothecaris Saunier zal het
toen erg druk hebben gehad, daar hij gansch alleen
was om de leeslustigen te bedienen en te raden.
Buiten de dagen, dat hij aan de leestafels ten dienste
stond, volhardde hij op den zolder in het uitzoeken
der boeken, waarvoor nog geene plaats was gevonden.
Een aantal dezer, oordeelde hij ongeschikt voor de
stadsbibliotheek en ten haren voordeele verkocht hij
er velen uit ter hand aan liefhebbers, die zich roemden
er goede zaken bij te doen.
Nu zijne eigenlijke taak van bibliothecaris aan-
ving, oordeelde Saunier zelve, dat hij geene genoeg-
zame boekenkennis bezat om het hem toevertrouwde
ambt waardig te vervullen. Daarbij, niet in gunst bij
het stadsbestuur, nam hij tegen den 15° Maart I8II
zijn ontslag, om weer pleitbezorger te worden bij de
rechtbank. *
Een der trouwste bezoekers van de stadsboekerij,
Jan Baptist Lauwers, zou de nieuwe bibliothecaris
worden. Te Antwerpen, geboren den 31" December
1755, uit begoede ouders, deed hij volledige studiën
bij de paters Augustijnen en genoot dan de teekenles-
sen der Academie. Zijn grootste lust bestond echter
in lezen en in het leeren kennen en waardeeren van
1 Als avoué vestigde hij zich in de Begijnenstraat, wijk 4,
nr 49. Later werd hij rechter bij onze rechtbank van 1" aanleg
en stierf in die hoedanigheid, den 27" Mei 1846, in den ouderdom
van vier en zeventig jaren, daar hij den g" October 1772 te
Meulan (Seine et Oise) was geboren,
— 37 —
boeken. Op zijn twintigste jaar toog hij, op raad van
Antwerpens Bisschop Wellens, naar Parijs, om daar
de letterkunde te beoefenen en in de koninklijke
bibliotheek de kostbare werken te bewonderen. Na
achttien maanden verblijf in Frankrijks hoofdstad,
keerde hij terug naar Antwerpen en in 1789 ging hij te
Londen de rijkste boekverzamelingen bestudeeren.
Toen hij tn zijne geboortestad wederkeerde werd hij
om zijne vele kennissen zoo hoog geschat, dat hem
het drossaardschap van het Kiel werd toevertrouwd.
Bij den tweeden inval der Franschen, verhief de
generaal-bevelhebber van het Republikeinsch leger
hem tot opper-drossaard der zeven kwartieren van
Antwerpen en ten jare 1795 trad hij als lid in den
Municipalen Raad van Antwerpen. Bij het toenmalig
stormen der omwenteling, zag hij de rijke goederen
der gevluchte edelen aanslagen en in de veilingen
kocht hij de kostbaarste en zeldzaamste boeken,
waardoor hij eene hooggeschatte bibliotheek ver-
kreeg. Algemeen gekend en geprezen om zijne
geleerdheid en bijzondere boekenkennis, werd hij
door de stedelijke Regeering zelve uitgenoodigd om
het ambt van stadsbibliothecaris te aanvaarden. Den
15" Maart 1811 trad hij in dienst en den 21? derzelfde
maand ontving hij zijnen titel met de wedde van
1.200 francs.
Lauwers verdeelde den ganschen noordervleugel
der tweede verdieping van het stadhuis in drie zalen
voor zijne boeken, welke hij geheel opnieuw verdeelde
en rangschikte. Vele nummers der verzameling werden
hem ontnomen, daar-de erfgenamen van Vivario,
Substituut Procureur-Generaal van den Grooten Raad
van Mechelen, hadden verkregen, dat zijne boeken?
den 25° November 1798, voor de Ecole Centrale aange-
? |