| Full text |
lezer(es) voornoemd, zich af moet vragen
wat toch wel het verschil in de werk-
zaamheid der twee vereenigingen is,
ligt dit aan de onduidelijke houding
der Ned. Vereen.-; en de oorzaak dier
houding is waarschijnlijk weer de
gedachteloosheid van haar leden. De.
kracht dezer vereeniging zal moeten
liggen in de belangstelling der leden
voor het vak. Die zal moeten gekweekt
en gekoesterd worden op groote en
kleine vergaderingen, hier en daar,
ook in provinciale en plaatselijke groe-
pen, die toch zeker zouden moeten
bestaan. En niet minder zou dat leven
moeten uitkomen in het tijdschrift, dat
thans, met zijn verminderden omvang,
niet veel ruimte meer biedt, dan die
noodig is voor bestuurszaken, bekend-
makingen en mededeelingen. Als
orgaan voor deC. V. lijkt „Bibliotheek-
leven" ons geheel aan zijn bestemming
te voldoen, als tijdschrift eener vereeni-
ging van vakgenooten lijkt het ons te
weinig leven eri verscheidenheid te
vertoonen; en toch is het de gemeen-
schappelijke uitgave der twee zelfstan-
dige vereenigingen. Een juister indruk
van hun verschillende taak krijgt men
door het „Leeszaaljaarboekje" der
C. V., bevattende opgaven over de
organisatie en den toestand der Open-
bare Leeszalen, de subsidie-regeling, de
opleiding enz., te leggen naast den
„Nederlandschen Bibliotheekgids" der
Ned. Vereen., het kostelijke adresboek
van alle Nederlandsche Bibliotheken en
openbare Leeszalen, van rijk en stad en
genootschappen, met velerlei gegevens
omtrent hun personeel, openstelling,
bezit enz., een onmisbaar handboekje,
waarvan reeds sinds geruimen tijd een
geheel bijgewerkte nieuwe druk staat
te verschijnen, dien wij met ongeduld
verwachten.
★ ★ ★
De „Nederlandsche Bibliographie",
verschijnend bij A. W. SijthofF’s Uit-
geversmaatschappij te Leiden, maakt in
haar nummers over Augustus en Sep-
tember gewag van de uiteenzetting van
den heer Bausch, die ook wij in ons
276
vorig nummer vermeldden, en gaat op
hare wijze met diens plan voort. Zij
denkt aan de stichting van een „Neder-
landsch verbond van boekenvrienden",
dat allerlei soorten menschen die met
boeken te maken hebben zou vereeni-
gen, zooals „bibliografen, historici,
bibliophilen en geleerden, idealisten uit
boek- en grafisch bedrijf." Dit verbond,
waarin de „boektechnici" en alle „lief-
hebbers van het boek" elkaar de hand
zullen reiken, moet „op grootsche wijze
voor de belangen van het boek en daar-
mee voor de intellectueele welvaart" in
ons land ijveren. Men wordt verzocht
een adhaesiebetuiging te zenden aan de
Redactie der Nederlandsche Bibliogra-
phie. De schrijver van dezen oproep,
vermoedelijk zelf een „bibliograaf" of
een „idealist uit het grafisch bedrijf"
wil de taak van hét nieuwe verbond
nog niet nader omschrijven; dat kan
men nog zien als de zaak maar eenmaal
bestaat. Het moet dus weer een
vereeniging „van" worden, zeker een
gevaarlijke opzet. indien deze „van"
zoo weinig bepaald en hun gemeen-
schappelijke belangen zoo ruim gesteld
zijn als de intellectueele welvaart van
een land. Maar misschien stroomen de
naamkaartjes binnen en kan men
spoedig overgaan tot het vaststellen der
contributie en het benoemen van com-
missies. Wij wenschen de Nederlandsche
boekenvrienden van harte de grootst
mogelijke intellectueele welvaart toe!
Uit het leven
De Universiteitsbibliotheek te Gronin-
gen is verrijkt, vooral in het vak der
Spaansche taal- en letterkunde, door een
schenking van Dr F. de Haan, vroeger
professor in Amerika, thans rustend te
Leeuwarden.
★ * * *
De Universiteitsbibliotheek te Utrecht
is, eveneens door schenking, in het
bezit geraakt van een verloren gewaand
handschrift, dat afkomstig is uit het
klooster Frenswegen. Het is een
geschrift uit het laatste kwart der 15e
eeuw, dat belangrijke gegevens moet |
