Full text |
daar zij de eerste maal optrokken zonder ge-
noegzamen geestelijken arbeid.
« Beet » van Geudeker geeft aan eiken nieu-
weling, datgene mee om zijn nieuwe liefhebberij
met de grootste kans op voldoening te bedrijven.
Voor den verharden lijnvisscher valt er in
dit werk nog wel iets te leeren. Zelfs een door-
en-door beoefenaar van deze tak van sport moet
zich gelukkig en voldaan voelen bij het lezen
V3u dit goede werk, dit goede naslagwerk over
zijn liefhebberij.
Visschers van het eerste moeilijke begin en
mannen, aoordrenkt met ervaring gunnen het
visschersboek van Geudeker een uitgezocht
plaatsje op de boekenplank.
Modellen van snoeren en haken zorgen verder
voor een aanschouwelijke voorstelling.
Gorp, J. van : Duitsche spraakkunst. 2e herz.
dr. 168 blz. fr. 30,-9
ld. : Oefeningen bij de Duitsche spraakkunst.
2" uitg. 232 blz. fr. 30,-9
Antwerpen, Standaard-Boekhandel, 1941.
Onder de vele spraakkunsten, die in den jong-
sten tijd op de markt komen, is dit wel, in zijn
praktische beknoptheid een van de voortreffe-
lijkste. Het erbij . aansluitende oefeningenboek
wijkt — in de nieuwe uitgave — merkelijk af
van den eersten druk. Dë omwerking gebeurde
zoowel met de bedoeling de taak van den lee-
raar te verlichten, als het boek bruikbaar te
maken voor zelfstudie. Beide bestrevingen zijn
o.i. hierin bereikt. Behoudens de «finesses» van
uitspraak, klemtoon, zinsbouw (waar altijd wel
een leeraar en practische spreekoefeningen bij
te pas zullen komen) zijn beide boeken uitne-
mend voor zelfstudie geschikt.
Graf, C. S. P. P. Richard : Bidt, Broeders, ver-
taald en bewerkt uit het Duitscb door Pasch.
J. van Kaathoven en Cyrill. A. Van Liempd,
Norbertijner. Roermond-Maaseik, J. J. Ro-
men en Zonen.
Een degelijk werk, maar wat zwaar op de
hand voor de meeste geloovigen. Eene reeks
verhandelingen over de waarde en de practijk
van het Gehed werd — ten onrechte — gebun-
deld met Practische Voorbeelden, die een gebe-
denboek voor Meer-Ontwikkelden vormen.
Ontworpen, bewerkt, geschreven, en vertaald
door kloosterlingen, doordrongen van den gêest
der H. Schriftuur, richt dit werk zich tot «In-
tellectueelen », die de geleerde Overwegingen,
met de herinneringen aan den tekst en aan de
Commentaren van de Heilige Boeken, en de
menigvuldige zinspelingen op de Wetten der
Natuur kunnen begrijpen, en ze als vertrekpunt
tot eene godsdienstige Overweging en tot eene
samenspraak met 'God, kunnen maken.
De practische voorbeelden beginnen meestal
met eene herinnering aan eene Episode uit het
Leven des Zaligmakers, waarop beschouwingen
volgen, die leiden tot eene opwelling des harten
tot God, het eigenlijke gebed, Best is deze gang
te vergelijken met uitgebreide Overwegingen
voor de XIV Staties van den Kruisweg.
Voor leeken ware meer eenvoud gewenscht ;
voor allen zou het gemoed meer — met kennis
en rede —• aan het woord mogen komen.
Zielenleiders vinden er eene rijk Goudmijn
voor hunne onderrichtingen en lessen, mits per-
soonlijk verwerking en innige, voelbare overga-
ve des harten.
Heidekens, Tony : In de Schaduw der Schoor-
steenen, Inleiding door Johan Daisne. 169
blz. Brussel, Fr. Van Belle, 1941.
fr. 20,—- ; luxé fr. 30,’—-
Tony Heidekens is geen onbekende in de
jongste VI. leterkunde. Dat zijn naam eenigen
klank heeft dankt hij tot op heden, meer aan
zijn agitatie voor de letterkundige faam van
anderen, dan aan eigen arbeid. Deze zich Tony
Heidekens noemende is Gaston Moorkens, wijd
en zij bekend als secretaris van het kunst- en
letterkundig genootschap «Rugo» (Rupelgouw).
Hij debuteert nu met een uitgebreide novelle:
«In de schaduw der schoorsteenen», ingeleid
door Johan Daisne, die er maar op logeschre-
ven heeft. - - 'v "';
Gaston Moorkens’ debuut is in dezen zin
een verrassing, dat hij behoorlijker Nederlandsch
schreef dan tot nog toe. Voor het overige is zijn
boekje sympathieker door den opzet dan door
het resultaat. Men kan «In de Schaduw der
Schoorsteenen» alleen als een werkstuk beschou-
wen, belangrijker voor den auteur dan voor den
lezer. Moorkens heeft zijn werk te spoedig los-
gelaten ; de figuren, het landschap, de tijd staan
nog te onvast, te onwezenlijk. Het werk doet
schetsmatig aan, met dien verstande, dat de
schets niet de nereslag is van reeds innerlijk vol-
dragen werk, maar de opzet van wat nog chao-
tisch in ’s schrijvers gemoed aanwezig was.
De sociaal-georienteerde lezer zal nog andere
bezwaren laten gelden ; hij mist in dit boekje
allerlei spanningen en conflicten Van dramatische
bewogenheid, dan die hier verhaald worden.
Moorkens zal, meer dan van welke kritiek
ook, door de publicatie van zijn werk ervaren
waaraan het hem heeft geschort om den roman
van de Steenstreek te schrijven, welken wij ver-
wagÉtfHj' '|HH|
Moorkens staat nu los van zijn werk, heeft
er afstand kunnen van nemen ; aan hem nu om
de conclusies te trekken. Een verstandig auteur
leert meer van zijn eigen, mislukte, publicatie
dan van de prijzendste critiek. Hij moet uit zich
zelf groeien - wij hebben alle reden om te ge-
looven, dat zulks met Moorkens het geval kan
zijn.
Hoogenbemt, Albert van : Twee Jonge Men-
schen. 168 blz. Antwerpen, De Nederl.
Boekhandel, 1941.
Er kan nu geen vrees meer bestaan, dat Van
Hoogenbemt de auteur zou blijven van een en-
kel boek of dat zijn waarnemingsveld beperkt
zou zijn. «Twee Jonge Menschen» is een af-
43 |