| Full text |
44 Over de eigenfchappen eens Schoolleeraars,
mind worden, ook niet uwe liefde verdienen ?
Gewisfelijk , mijne vrienden! wanneer gj de kin=
deren uit het aangewezen oogpunt befchouwt,
dan zal in u eene welgeregelde liefde jegens
uwe fcholieren ont(taan, welke zoo veel te meer
zal toenemen, naar gelang gij u met grooter ijver
toelegt, niet alleen op Be vervulling van uwe
pligten, maar ook om uwe fchool in eenen
goeden flaat te brengen. Doet gij dit, dan zal
uwe liefde omtrent uwe leerlingen meer en meer
aangroeïjen, en uwe ver en lust, om hen, ter
bevordering van hun geluk, nog beter te ondere
wijzen, zullen van dag tot dag grooter wordena
Ze
Vaderlijke gefirenghead en ernst.
Deze moeten uwe liefde beftendig vergezellen;
wilt gij u door haar niet laten blinddoeken, of
vaan eene ftrafbare toegeeflijkheid fchuldig mas
ken, die zoo gevaarlijk is voor de jeugd. Gij
moet u jegens uwe fcholieren gedragen als een
liefhebbend, maar tevens als een verflandig en
voorzigtig vader, die altijd het ware geluk zij-
ner kinderen bedoelt, en daarnaar zijn geheele
gedrag regelt. Deze geeft hen gaarne vrijheid,
en verheugt zich over hunne vrolijkheid : maar
veroorlooft hen geene zoodanige, welke aans
ftonds, of in de gevolgen, voor hen fchadelijk
zouden kunnen worden. Js het tijd om te were
ken, dan laat hij hen niet fpelen, maar tracht ;
daarentegen, den arbeid zoo aangenaam voor hen
te maken, dat zij daarbij aan geen fpelen den-
ken. Hij ziet hunne fouten niet door de vin-
gers »
? |
