Full text |
daan werden. Te Keerbergen anderzijds kregen de deelnemers de kans de bibliobus
van de Stedelijke Openbare Bibliotheken van Antwerpen te bezoeken, een buitenkansje
dat zeer op prijs gesteld werd. In de praktijk blijkt het programmeren van bezoeken aan
openbare bibliotheken niet zo makkelijk uit te vallen, omdat per definitie enkel die
bibliotheken in aanmerking kunnen komen, die zowel wat de behuizing als de inwendige
organisatie betreft, exemplair zijn.
Het programma van de stages is geenszins geconcipieerd als een standaardprogramma.
Mét behoud van het practicum, waar ook varianten mogelijk zijn 4, kunnen in de
behandelde thema’s wijzigingen aangebracht worden. Zo kwamen, buiten enkele van de
hierboven genoemde onderwerpen, te Keerbergen, resp. Hasselt ook aan de orde :
Jeugdbibliotheekwerk ;
Samenwerking met jeugdorganisaties en werken voor volksopvoeding ;
Selectie van het technische boek voor de openbare bibliotheek.
De resultaten van de bijeenkomsten die tot nog toe doorgingen zijn - het moge
nogmaals onderstreept worden - zeer zeker niet onaardig. Er is in de eerste plaats de
zuiver menselijke factor : het prettige, informele contact, de sfeer van vertrouwen en
objectiviteit waarin mensen met zeer uiteenlopende levensbeschouwelijke of ideologische
achtergronden, maar verbonden door een gemeenschappelijke taak en ideaal, met mekaar
omgaan. Er is ook de meer practische zijde, die vooral de verdieping van het inzicht in
de functie van de openbare bibliotheek raakt, te maken heeft met organisatorische
problemen en de interne „keukeninrichting”. En ter zake lijken de weekends en stages
vruchtbare resultaten af te werpen. Niet enkel de gesprekken tijdens de bijeenkomsten
zelf wijzen hierop. Maar vooral ook de schriftelijke reacties van de deelnemers na de
stages, reacties waarom gevraagd werd, en die zowel betrekking hebben op vrijmoedige
beschouwingen n.a. van de meegemaakte stage als op de voorgenomen toepassing van
nieuw verworven inzichten of het nemen van nieuwe initiatieven in de resp. bibliotheken.
De meeste veranderingen of verbeteringen die in het vooruitzicht werden gesteld waren :
invoering van de alfabetische plaatsing, inrichting van een leeszaal of een leeshoek,
afvoeren van verouderde literatuur, verwijdering van beeldverhalen, toepassing van het
open-kaststelsel, filmoluxen van de nieuwe aanwinsten e.d. Ligt er tussen voornemen en
realiseren nog wel een hele wereld, dan stemmen deze klanken toch tot vreugde, omdat
hierdoor de geest getypeerd wordt waarmee de deelnemers huistoe keerden.
Een geest die zo heel anders is dan die, waarmede de meesten bezield waren vóór de
stages. Een van de deelneemsters aan de weekends te Blankenberge schreef achteraf dat
de weekends haar „weer bewust gemaakt hebben van de opvoedende rol die wij als
bibliothecarissen vervullen. We werden meteen een riem onder het hart gestoken dat
we niet alleen staan, dat we gevolgd worden en er voor ons gezorgd wordt.” Er is uit
de diverse brieven van deelnemers een psychologisch aspect aan het licht gekomen, een
tendenz in het klimaat dat de openbare-bibliotheekwereld terecht of ten onrechte ken-
merkt, en dat niet zonder meer voorbijgegaan mag worden. Er spreekt een voorzichtige
hoop uit de uitlating : „De vereenzaamde bibliothecaris voelt zich eindelijk gesteund.”
Een andere weet nu, mét zijn collega’s, „geen vaderloze kinders” meer te zijn, en
integendeel te beseffen „dat er achter en boven ons mensen staan die de zaak behartigen
en bereid zijn om ’t even waar en hoe met raad en daad te helpen.” Er is neergeschreven
dat „wij zeer weinig gewoon (zijn) en daarom heeft dit experiment van het Ministerie
aangenaam verrast en getoond dat er blijkbaar toch iets aan de gang is.” Er is opgemerkt
dat in eerste instantie de uitnodiging tot de weekends „niet au sérieux werd genomen
door de belanghebbenden” en dat „de meesten van ons benieuwd, doch onwennig en
sceptisch naar de week-ends gekomen zijn.” Maar kenmerkend is vooral hoe, bij hen die
4 Tijdens de stage te Hasselt werd het practicum geheel gewijd aan de opbouw en het uitleen-
klaar maken van een jeugdbibliotheek.
142 |