Full text |
bijna schrijven eentonig — persiflerend,
dat het er eenzijdig door schijnen gaat.
Zeer belangrijk in ieder geval : als een
cynicus die de kelk tot de laatste druppel
ledigen w 1 laat de schrijver geen hoekje
van het komplekse organisme on-onder-
zocht en on-beschreven. D. B.
L’AMI DU LETTRÉ POUR 1924.
Paris, G, Crès et C°. |
Dit is een geïllustreerde uitgave van de
„Association des courriéristes littéraires
des journaux quotidiens. “ Ieder heeft er
het zijne toe bijgedragen. Er is een
ledenlijst met adressen, een overzicht
van de te winnen literaire prijzen, een
handvol „petites curiosités littéraires",
opstellen over Le livre de luxe, het
congres van bibliothekarissen, La nais-
sance et le déclin du roman d’aventures,
Comment on fonde une revue littéraire,
Les écrivains et les sports, Les cabarets,
Les cénacles, Les souvenirs enz. Na de
almanak en de ephemeriden volgt een
enquête : Comment vivre de sa plume,
L’opinion de quelques aînés recueillie
par Pierre Bonardi. Nagenoeg alle ant-
woorden zijn in dezelfde geest als dat
van Pierre Mille, die schrijft : „Ik weiger
me op het zuiver materiële standpunt te
plaatsen. Maar ik verklaar dat het
voortaan, voor een twintigjarige die de
„letterkundige loopbaan" kiest, aller-
gevaarlijkst is niets anders te willen
doen.
Tenzij hij een dichter was, enkel een
dichter. Dichters halen alles uit zich
zelf, zelfs hun eigen gevoeligheid, de
zonsopgang, de omtrekken, de zon, de
bestaande of niet bestaande vrouwen.
Maar de anderen! De romanciers, de
vertellers... De stof die zij moeten
bewerken is het leven. Het leven wordt
slechts geleerd door aanraking met de
mensen d. i. t. Z. mensen die een waar-
achtig vak kennen, en geen konfraters-
„letterkundigen". Ten eerste, wanneer
de konfraters-letterkundig en een idee
hebben houden ze het voor zich, wat
hun konversatie tot een van de meest
holle en nutteloze maakt die ik ken.
Zelfs als ik twee honderd duizend francs
inkomen had zou ik, als ik wilde schrij-
ven, om het even wat doen. straatar-
beider of stationchef. Alles is beter in
de aanvang dan een letterkundige te zijn
die slechts letterkundige is.
Ik voor mij pen klerk bij een avoué
geweest, koloniaal ambtenaar, ontdek-
kingsreiziger, journalist buitenland en
ekonomist alvorens letterkundige te
worden. Alleen in die „vakken" heb ik
opgedaan wat me als letterkundige
dienstig geweest is. Sedert ik niets anders
meer ben slaag ik er zeer moeilik in voor
mijn vak van letterkundige nog iets te
vernemen dat de moeite waard is."
Willy schrijft honderd maal drastieser :
„Que les jeunes hommes pauvres s’adon-
nent à la charcuterie, ou à la peinture
de genre, ou à l’agriculture qui paraît-il,
manque de bras. La littérature ne man-
que pas de pieds". D. B.
DAS SCHONE SCHLAFZIMMER.
Darmstadt, Alexander Koch.
In de bekende serie van Alexander
Koch’s „ Handbücher neuzeitlicher
Wohnungskultur" verscheen een derde
uitgave (met nieuw illustratiemateriaal)
van „Das schone Schlafzimmer", met
200 grbte afbeeldingen waaronder een
aantal kleurendrukken. Naast gekulti-
veerde smaak speelt fantazij hier dikwijls
een mooie rol. Niet alleen de meubels,
ook het licht, de ramen en hun bekleding
worden in ogeschouw genomen, De
aandacht wordt gevestigd op menig
détail, zelfstandig meubel of ornament
in zo verre ze de stemming van het
geheel beïnvloeden, op het behang, op
linnen, dekens enz. Afzonderlike afde-
lingen zijn gewijd aan de aankleedkamer,
de kinderslaapkamer, de meisjeskamer,
de logeerkamer en de dienstboden-
kamer. B. G,
ZOEK-LICHT. Nederlandsche ency-
clopædie voor allen, onder leiding van
Dr. T. P. Sevensma. V. Arnhem, van
Loghum Slaterus & Visser.
Regelmatig verschijnen de mooie en
handige deeltjes van deze kleine ency-
clopaedie, goed gedrukt met kleine doch
duidelike letter en steeds up-to-date.
Dit deel gaat van Haakon tot Klara.
Een vluchtig zoeken naar bekende
171 |