Full text |
leest, wórdt getroffen door den samen-
hang van het West-ËuropeeSche léven
in den spiegel der literatuur die ons
Wórdt voorgèhouden. Hoe ruim keek
de man en wat een horizont wordt ons
geschonken. •
Het tweede stuk van dit deel is gewijd
aan het leven en het werk van den
schrijver door zijn Zoon. Waar Kalff
bezwaren had tegen het schrijven zijner
biografie voor de Maatschappij van
Letterkunde en de Academie van
Wetenschappen, meende de zóón dat
daarom niet elke levensbeschrijving
a priori móest Verworpen worden. Hij
Zou geen geflatteerd portret leveren.
„Dus geen doodsbericht, maar eên
levensbericht". „De schoonste liefde is
de onaf hankelijke-af hankelijke ; niet
blind, maar Scherpziende, wel te ver-
staan terwijl de liefde blijft heerschen.
Mocht achterstaand werk wat van deze
liefde vertoonen, eindigt de zoon zijn
voorbericht, het zou de schoonste
getuigenis voor de opvoeding beteeke-
nen, die mij gegeven werd."
Met pieteit werden de jeugd, de studen-
tenjaren, de jaren als leeraar te Haarlem
en te Amsterdam, de jaren als Hoog-
leeraar te Utrecht en te Leiden door
Kalff Jr. beschreven.
Een uitvoerige bibliografie van zijn
werken en van de necrologieën aan
zijn nagedachtenis gewijd, alsmede een
alphabetisch register op de twee deelen
vullen het werk aan.
Een uitspraak van den zoon verdient te
worden aangehaald : „Ik voor mij stel
de Nederl. Letterkunde hooger dan de
West-Europeesche, omdat daar het
koren nog zoo goud in blinkt en levend
ruischt. Daar zijn stof en bewerker
. ideaal gepaard, terwijl ik eerlijk gezegd
van een behandeling van Shakespeare
of Goethe door mijn vader geen dieper
inzicht -of genot verwacht had. Het
warme voeling houden met ’t leven en
de aandachtige uitbeelding van ’t detail
werden hem hier door de onmetelijke
stof verboden; hij moest abstraheeren
en zijn tempo versnellen : zijn stijl ver-
loor daardoor veel aan kleur en pit,
Maar dat alles doet niets af tot het feit,
dat men nergens in West-Europa zoo’n
boek heeft en... ook niet gauw krijgen
zal."
JO VAN AMMERS-KÜLLER :
HET INZICHT. Amsterdam, Em.
Querido.
Mevr. van Ammers-Küller is een
knappe schrijfster wier stielvaardigheid
respect afdwingt. In de reeks kleine
romans verscheen zoo pas „Het
Inzicht", een wrange huwelijksgeschie-
denis. Huwelijksgeschiedenissen en
echtbreuk vinden steeds een zeer dank-
baar publiek in Nederland en elders !
Frankrijk hield een heele schrijversbent
aan gang om de dankbare stof te
verwerken. Slechts zelden weet een
schrijver in de peillooze diepten
der menschenziel een blik te gunnen
zooals b. v. een Strindberg kon. De
meeste auteurs behandelen enkel de
hopelooze gevallen zonder dieperen zin
van burgers en burgeressen waarvan
de „âme sœur" ander gezelschap vond.
Veel afwisseling bieden de gevalletjes
niet, maar de uitgaande wereld lust
steeds het liedje dat op zooveel wijsjes
gezongen kan worden.
Mev. van Ammers-Küller laat de man,
die zijn leuke gezellin door een derde
ziet wegkapen, troosten door zijn eigen
vrouw. Zij immers weet ook hoe zwaar
het valt" hoe dat is... hoe afschuwelijk...
als je het ziet... als je moet aanzien...
dat een ander..." ! . L. B.
JAN LIGTHART : LETTERKUN-
DIGE STUDIËN. Groningen, J -B,
Wolters.
Geen beter inleiding dan de studie van
Ligthart kan men raadplegen om dieper
in het wonderlevend gebleven sprookje,
dat „De kleine Johannes" heet, door te
dringen. Een zevende druk verscheen
zoo pas. Ligthart meende dat een derde
druk van zijn inleiding een bewijs was,
hoe algemeen „De kleine Johannes"
nog steeds gelezen en geliefd wordt!
Goede wijn behoeft geen krans. L. B.
239 |