Full text |
VAKLITERATUUR ' ■ ■
Bockwitz, Hans H. : Goethe und das Buch. wordt en dat men vergeleken bij wat Zij eigen-
Ein kleines Lexikon. Sonderabdruck aus lik willen en wensen, nog voor heel wat in
« Archiv und Buchgewerbe, 1932, Heft ’t krijt blijft staan, alhoewel zij kort daarvoor
11-12. 16 blz. —1 vóór zij ons werk gezien hadden, er
. helemaal geen besef van hadden, dat iets der-
De ijverige Dr Bockwitz heeft — ter gele- geliks voorhanden was of ook maar tot de
genheid van de Goethe-vieringen allerhande — mogeiikheden kon behoren,
samengebracht wat Goethe over het boek
dacht, over het boek als substraat van het ’t Wonderlikste boek der boeken
gedachteleven, als materieele verschijning, en
over al wat maar enigszins met de idee boek
aanknopingspunten aanbiedt (grafiese kunsten
inbegrepen). De naar een trefwoord alfabeties
gerangschikte verzameling is niet volledig, maar
zelfs deze onvolledigheid neemt een groot quar-
to-formaat, op drie kolommen gedrukt, in
beslag.
In dit bont allerlei treffen ons — nu nog —
enkele merkwaardige teksten, en alhoewel wij
hier graag wat meer hadden aangetroffen be-
treffende Goethe’s Bibliotheekwerk (over ca-
taloog-aangelegenheden is hij wel meer aan ’t
woord geweest 1) danken wij de samensteller
toch voor de moeite om uit niet zo dikwijls
onder de handkomende geschriften dàt te halen,
wat ons interesseren kan, en anders gemakke-
lik onder ’t stof zou vergaan. Het blijkt hier
weer : kleinigheden uit dagelikse gesprekken
en brieven, een paar ontstemmingen, bieden
soms meer gelegenheid aan om in « des dich-
ters diepste en echtste zieleland te gaan » dan
hele Fausten en "Werthers I Freud zou met
deze stof nog wel een aardige studie op ’t
getouw kunnen zetten.
Gebrek aan plaatsruimte belet veel te verta-
len. Voor een paar steekproeven echter kun-
nen wij nog ruimte vrijhouden :
In bibliotheken voelt men zich als in aan-
wezigheid van een groot kapitaal dat geruis-
loos onberekenbare intresten afwerpt. Het wij-
zen op de geruisloosheid is een fijn Goethe-
trekje I)
De boekhandelaars (Goethe’s duurbare
vrienden I ! ) zijn allen door de duvel bezeten ;
er moet een aparte hel voor die kerels bestaan.
(Na verschillende eeuwen is de reputatie van
« çette race perverse » er dus niet op vooruit
gegaan I)
Wij banken de boekdrukkunst en haar vrij-
heid onzegbaar veel goeds en zij zijn ons van
ontzaglik nut. Maar een nog groter voordeel,
waaraan tegelijkertijd de hoogste tevredenheid
verbonden is, danken wij aan de levendige
omgang met onderlegde mensen en aan de vrij-
moedigheid van die omgang. (Maar... als
Goethe het over de perscensuur heeft, dan
spreekt hij het woord vrijheid met zo dikwijls
uit I) ■
De lezers leven namelijk in de waan, dat
men, als mçn iets yoortbrengt, bun schuldenaar
is het boek der liefde ;
aandachtig heb ik ’t gelezen :
weinig bladzijden vreugde,
heelder katerns_ leed ;
een deel voor het afscheid.
’t Weerzien : een hoofdstukje maar,
fragmentaires. Banden van kommer vol,
door verklaringen verlengd,
eindeloos, mateloos.
Buchmann, G. : Die Papiermühle bei Jena.
Eine sechtshundertjâhrige Mühlengeschdchte.
32 blz. - Jena, Fromannsche Buchhandlung.
Rm. 0,60
Monografietjes als deze, over onderwerpen,
die toch nauw verwant zijn aan t vak, zijn
immer welkom. Waarom ? Omdat zij langs
detailwegen : 1°) de algemene gekende feiten
bevestigen ; 2°( door het detail kleur geven
aan de algemene geschiedenis en aantonen hoe
een uitvinding zich doorzet onder speciale om-
standigheden en haar weg vindt... tot zij heeft
dfgedaan.
De geschiedenis van de tans afgebroken,
vroeger mooi gelegen papiermolen van Jena
(een omgeving om een historiese roman in te
situeren) is die van een opkomende en verval-
lende grootheid. De sporen van de molen zijn
na te wijzen tot in de 13e eeuw. In 1657 wordt
hij papiermolen. « Het zou goed zijn voor de
stad Jena. waar de universiteit staat, dat er een
papiermolen komen zou », zegt de rechtverle-
nende vorst, die voor het privileqe 1500 vel
opvordert, en zijn goedkeuring hecht aan t
voeren van de druiventros als watermerk,
« ...maar van het Saksies wapen voorzien...
volgens tekening anbei ! »
De molen blijft dan bestaan na een drie-
tal keren van eigenaar verwisseld, veel
watersnood gekend en veel lompen van
de omgeving verbruikt te hebben, welke lompen
door protectionistiese maatregelen werden aan-
qevoerd, zoals Maria Theresia dat ook ,ten
onzent verstond. Tot 1891 handhaaft de molen
zijn onafhankelijkheid. Toen werd hij mgelijfd
bij het hotel, — nadat er reeds jaren van
tevoren een schenkgelegenheid was onder dak
gebracht. En thans is hij verdwenen, van 19U5
reeds. Hij laat een leemte na in Jena, waar-
voor hij papier mqaktev tot rond 1870.
33 |