Full text |
dl 69-68
Jl
udder add
1
74
5
76
dl
78
79
80
81
82
83
84
85
— 16 —
Pap is eene uitstekende spijs; men kan hem koken
met zoete of karnmelk.
Zet een weinig zoete melk op het vuur; daar de melk
onder het koken te zeer verdampt, kan men desnoods wat
uitlengen met water. Giet er ongeveer zooveel halve tas-
sen rijst bij of men voor de personen pap moet maken; voeg
er wat zout bij en laat alles gaar koken. Daarna lengt men
aan met melk volgens het aantal personen en laat nog eens
doorkoken. Maak intusschen eenen temper van bloem,
meel, maïsmeel, maïzena of aardappelbloem welke men
in den kokenden pap roert, en laat voortkoken tot de pap
goed gebonden is.
Ín plaats van rijst kan men er havergort, vermicel, se-
moule of hominy bijvoegen. De hominy (een soort gebro-
ken maïs) moet men daags te voren in regenwater te wee-
ken zetten, en moet, vooraleer hem in den pap te doen, in
water gekookt worden:
Bloempap maakt men volgenderwijze : laat de noodige
hoeveelheid melk koken; breek tarwebloem, maïzena of
aardappelbloem in koud water of melk. en roer dat door
de kokende melk; doe er zout bij volgens smaak en laat
alles nog een kwartuurs koken.
Beschuitpap. — Vooral in den slechten tijd dat het
brood schaarsch en duur is, zal men elk korstje brood lang-
zaam drogen op de vuurplaat: dit geroost brood vervangt
goed de beschuit, en kan bij de spijsbereiding en voor
kinderpap goede diensten bewijzen.
Zet beschuit of geroost brood metde noodige melk op
een zacht vuur te koken, totdat het brood uiteen is gekookt.
Bind dan de pap met eenen temper van bloem, of dier-
gelijke en laat alles nog een kwartuurs doorkoken. Voor
den smaak kan men er ook een snuifje kaneel of vanille
bijvoegen.
Karnmelkpap kan volgens sommige huishoudsters niet
gekookt worden zonder gestadig te roeren. Ziehier hoe
men karnmelkpap kookt zonder roeren : zet de karnmelk
op met den noodigen rijst en een weinig zout; laat dit
gedekt stil op het vuur heet worden, tot wanneer de melk,
het koken nabij, opkomt. Begin dan eerst te roeren tot de
melk doorkookt, en laat ze voortkoken tot de rijst gaar
is. Maak eenen temper van zoete of karnmelk of water
met bloem of meel volgens de verlangde dikte van den
pap : gewoonlijk 3 of 4 eetlepels bloem voor 8 personen.
Klop dien temper goed met een vorket of lepel om het
klonteren te voorkomen en roer dat in de karnmelk. Laat
alles nog eene halve uur koken, nu en dan eens goed roe-
rende, daar de bloem gemakkelijk aanbrandt.
Bouillon of Vleeschnat. — Äan bouillon wordt veelal
eene hooge voedingswaarde toegekend. welke hij niet be-
zit; hij bezit de voedingswaarde der karnmelk niet.
Vleeschnat bevat vet, geleistof. vleeschextract en zouten.
Om goeden bouillon te maken neemt men eenen kilogr.
rundvleesch (looze rib, staartstuk, schenkel of korteling)
op 2 lit. water. Spoel het vleesch, zet het in koud water
op een goed vuur, om vlug te koken. Op ‘t oogenblik dat
het koken gaat, schuim het af. voeg er zout en een laurier-
blad, porei, selder en een wortel, alles in een pakje ge-
bonden, bij. Laat den bouillon gedekt een paar uren zacht
koken; zet hem dan nevens het vuur en laat hem nog 3 tot
4 uren trekken.
Men kan ook goed vleeschsop trekken van oude hoen-
ders, evenals van de beenderen, pezen en vellen welke
van het vleesch aan tafel wegvallen.
Voor zieke menschen kookt men aan stukken gesneden
vleesch, met heel weinig specerijen, en men giet dat door
een natgemaakten dunnen doek om er het vet uit te ver-
wijderen. É
IV. — KRACHTSPIJZEN.
Vleesch. — Wordt er gesproken van kloek voedsel,
dan denkt men algemeen aan vleesch. In de oogen der
meeste menschen, vormt het vleesch het ideaal van kracht-
voedsel; een goed stuk vleesch, meent men, maakt eene
slechte tafel goed.
Vleesch is evenwel dikwijls moeilijk te verteren en voor
kinderen en zieken ongeschikt; zelfs stilwerkende volwas-
senen halen er het voedsel niet altoos uit, dat er van ver-
wacht wordt.
Daarenboven is rund- en varkenvleesch in den tegenwoor-
digen slechten tijd duur en moeilijk te bekomen, zoodat
men ook naar andere krachtspijzen moet uitzien, om de
behoeften te bevredigen.
Voor eigen gebruik en zelfs voor den handel kan het
kweeken van konijnen zeer winstgevend zijn. Ín enkele
maanden leveren zij een paar kilogram smakelijk, licht
verteerbaar voedsel, waarvoor ze enkel eenige geringe zor-
gen en wat plantvoeder vragen, dat overal te: vinden is.
Deze kweek kan voor de werkmenschen ook eene bron van
inkomsten worden, door aan den gegoeden stand konijnen-
vleesch te leveren.
Daar waar graanvoeder den kiekenkweek toelaat, vor-
men de hofvogels insgelijks een goede bron van vleesch.
Voor half volwassene kiekens kan men zelfs graan missen,
indien men in steden en dorpen het keuken- en vooral het
visch- en -vleeschafval verzamelt en alles dooreen met
86
87
88
44 43 42
85 84 8382 81 80 79 78 77 76 7574 73 72 71 70 6968 67 66 65 64 63 62 61 60 59 58 57 56 55 54 53 52 51 50 49 48 47 46 45
eten enden en leenen ne ette ale alpen eee ET Tee 1
GP
rudd
uaa |