| Full text |
liet oase 7 llen nr
16 Pligten eens Schoolleeraars
ternis en dankbaarheid aan-te bieden, en u in
uwe goede gezindheden te verfterken.
„Ook des middags , voor den aanvang der fcho«
le, moet gij eenen vast bepaalden tijd afzonderen;
om _u tot het onderwijs voor te bereiden, en;
Wanneer deze daar is, alie andere bezigheden
ter zijde ftellen,
Voorts moet gu het onderwijs op den wastge-
ftelden tijd aanvangen en eindigen, en, na af-
loop daarvan, bij. u zelven onderzoeken, of gij
in alles wel overeenkom{lig uwen pligt gehan-
deld , of waarin gij misgetast hebt. Inzonderheid
behoort gij des avonds, wanneer gijij, zoo als
ieder Christen: beraamt, uw geweten beproeft,
dit onderzoek in het werk ftellen , en wanneer
dit behoorlijk gefchiedt, dan zult gj de ver-
Íchrikkelijke gevolgen niet te vreezen hebben,
die gij u, door de verwaarloozing uwer pligten,
onvermijdelijk zoudt op den hals halen, Zult
een onderzoek zij u derhalve op het ernftigfte
aanbevolen; want hoe zou het mogelijk zijn , dat
een Onderwijzer, die ieder avond zich zelven,
in de tegenwoordigheid van den alwetenden cop ,
en in de vaste overtuiging, dat Deze hem elk
oogenblik voer zijnen regterftoel ter verantwoor=
ding kan roepen „ naauwkeurig omtrent de waar-
neming van Zine zoo belangrijke pligten onders
zoekt, voortvaren zou kunnen , om dezelven te
veronachtzamen? Vraagt dus , bij voorbeeld „u zel-
a» VENS „s Hebik op den afgeloopen dag de pligten
s, eens Schoolleeraars naar eisch vervuld? Heb ik
> Mijn hart tot het onderwijs voorbereid , de lesfen
> beoefend , al het daartoe noodige vooraf gereed
3 gemaakt, en mij van elke gelegenheid bediend,
2, Q@ in gefchikeheid voor mijnen post, in kunde
‚, ER
? |
