Full text |
telkens wisselende proporties, zelf
■— als deel — medebewegend.
„Ohne unsern wahren Platz zu kennen
Handeln wir aus wirklichem Bezug...“
In de dictie van deze verzen, ~~ zooals
altijd bij Rilke, dwingt ons de lijn der
gedachte vóór maat en rijm. Hij die zijn
subtielste zinnelijke aandoeningen altijd
om een geestelijke dominant rang-
schikt '—! want om de verhouding tot
dezen is het hem steeds te doen zingt
ook hier met de geestdrift van een
bevrijde van de ijlste voorbijgaande
vreugden in het aardsch bestaan : het
huiveren voor bloemenschoon- en teer-
heid, de vrijheidsweelde van een losge-
rukt paard dat ’s nachts de ruimte der
weilanden instormt, — de stomme ont-
moeting van kinderen en hun zwijgende
verstandhouding bij hun spelen, en de
raadselachtige schijnwereld der spiegels ;
„Ihr seid des leeren Saales
Verschwender —
Wenn es dammert wie Wàlder weit...
Und der Lüster geht wie ein
Sechzehnender
Durch eure Unbetretbarkeit.
82
Het treffende van de nauwkeurige
gewaarwordingsweergave verrast tel-
kens opnieuw. Alleen lijkt het mij dat in
deze sonnetten een sterkere, vollere
zangtoon klinkt dan ooit te voren. Een
vastheid van toon en vorm die een
schoon evenwicht levert tot het zwierige
spel van zijn altijd oorspronkelijke ver-
beeldingen.
HILDE TELSCHOW
E. HULLEBROECK : BEIAAR-
DEN. Meteen inleiding van J. Denyn,
Brussel, „De Standaard".
Een royaal gedrukt boek, uit een grote
Cochin-letter op blank featherweight
gedrukt, in-4°, onder een pastelblauw
omslag, met mooi blauwe beginletters, is
deze uitgave alvast door haar vorm zeer
aantrekkelik. Ongetwijfeld zal ook de
inhoud veel liefhebbers vinden. De
bekende muziek- en zangapostel Hulle-
broeck schrijft hier de geschiedenis van
alle oude en nieuwe beiaarden van het
Vlaamse land, en van hun bespelers.
Wij leren er hoe allerwege een verheu-
gende belangstelling ontwaakt. Blijde
verrassingen overkomen daarbij de |