Full text |
Het is inderdaad een zeer mooi en fijnge-
voelig sprookjesboek dat we gaarne aan kin-
deren van 1 0 jaar en ouder in handen zullen
geven. De vertaling is uitmuntend, de illu-
straties blijven volkomen in den toon en
typografisch is het boekje goed verzorgd.
Jeans, Sir James: Dé sterren in hun loop. IX,
168 blz. met 3 fig. 37 b.t. platen en 2
uitslt. krtn. Den Haag, Leopold, 1931.
fl. 2,90; geb. fl. 3,90
Wat Flammarion destijds beteekende voor
de wetenschap dat beteekent thans in veel
ruimere mate Sir James Jeans. Maar terwijl
Flammarion, in zijn zucht tot vulgarisatie wel
eens een loopje nam met de exacte weten-
schap en zijn fantasie den vrijen teugel liet.
daar blijft Jeans volkomen betrouwbaar. Zijn
groote populariteit schuilt in het feit dat hij,
als geen ander, de moeilijkste begrippen en
problemen, volkomen vatbaar kan maken
voor den grootsten leek. Zoo ook weer in
dit juweeltje van een boek waarin hij wer-
kelijk bereikt ons « onder de betoovering te
brengen van de hedendaagsche sterrenkunde
en van de wonderen, die de moderne teles-
kopen ons in het heelal te aanschouwen ge-
ven ». Een boek dat in geen enkele boekerij
mag ontbreken. Het is fraai uitgegeven en
met een schat uitmuntende foto’s geïllus-
treerd.
Inhoud : Het hemelgewelf - Een tocht door
ruimte en tijd * De zonnefamilie - Hoe
men de sterren weegt en meet - De verschei-
denheid der sterren - De Melkweg - Ver in
de diepten der ruimte - Het groote heelal.
Kanninga, R. en H. Mulder : Eenvoudig
Engelsch voor U. L. O. - Scholen, geill.
door Kuno- Brinks. Ie deel, 1 12 blz., 2e
deel, 100 blz. Groningen, Den Haag, Ba-
tavia, 'J. B. Wolters, Uitg. Mij 1931.
per deeltje fl. 1 ; geb. fl. 1,20
Deze boekjes zijn uitsluitend bestemd voor
schoolgebruik. Elke les is vastgeknoopt aan
een verhaaltje ontleend aan het kinderleven,
of een grappige anecdoot.
Het verzorgen van de uitspraak wordt aan
den onderwijzer overgelaten en de schrijvers
géven daartoe eenige vingerwijzingen- in hun
voorbericht.
Elk deeltje bevat achteraan een woorden-
lijst, Engelsch-Nederlandsch, ingedeeld per
les, een Alfabetische woordenlijst, Neder-
landsch-Engelsch en een lijst van onregel-
matige werkwoorden.
De methode schijnt ons zeer geschikt om,
op’ zeer korten tijd, een flinke dosis practisch
Engelsch -aan te leeren.
Kat, J. : Bootsirenen, 1 Ô3 blz. Tilburg, N.V.
Nederlandsche Boekhuis, 1931. ■ fl. 2,50
Elf schetsen van zeer uiteénloopenden aard
van een debutant. Iemand die schrijven kan
maar zich moet beperken tot het weergeven
van ’t doorleèfde of trouwe afgekeken levens-
dingen. Zijn bundel verhalend proza is niet
te rekenen onder het uitdagend werk der
jongsten. Als bootsirenen troffen hem de
dingen, verklaart een vriendelijk inleider,
nu eens langgerekt en doordringend, dan
weer kort en stug, maar steeds de volle
aandacht trekkend en gespannen houdend.
Kramer, J. G. en Jac. van der Klei: Feiten
en verhalen, II, 160 blz. ill. met teekenin-
gen van Isings. Groningen - Den Haag. -
Batavia, J. B. Wolters, U.M., 1931. fL 0,85
Het tweede deeltje van dit leesboek over
de vaderlandsche geschiedenis van Noord-
Nederland loopt van het Twaalfjarig Bestand
(1609) tot 1930.
De schrijvers geven met dit werk een
heerlijk voorbeeld van voorstelling der ge-
schiedenis aan de jeugd. De oorlogsgeschie-
denis is tot een minimum teruggebracht en
van alle chauvinisme ontbloot. Daarentegen
werd meer belang gehecht aan de cultuurge-
schiedenis en zijn talrijke verhalen opgenomen
over personen en toestanden, die gewoonlijk
over het hoofd worden gezien of slechts
vluchtig aangehaald.
Zoo trachten zij de belangstelling van de
jonge lezers te trekken e doordat alles iets
meer wezenlijk wordt, uit de doode stof iets
levends naar voren komt ».
De talrijke prachtige en buitengewóón ver-
zorgde illustraties, waarbij een paar kunstig
gekleurde, met hun aanteekeningen brengen
nog een schat Van gegevens bij.
Waar deze boekjes, uitsluitend de Noord-
Nederlandsche geschiedenis behandelen zullen
zij jammer genoeg wel niet in aanmerking
kunnen komen voor ons onderwijs. Voor
onze jeugdboekerijen zijn zij echter ten
zeerste aan te bevelen.
Laar, Albert van en Fritz Francken: Beknop-
te geschiedenis van Antwerpen, 202 blz.
27 ill. Antwerpen, « De Sikkel »v 1931.
fr. 38,—
Iemand die met vuur vertelt over iets dat
hem nauw aan ’t hart ligt zal altijd zijn toe-
hoorders boeien. Zeker wanneer hij zijn stof
machtig is en daarbij' vlot vertellen kan.
De twee namen die deze -geschiedenis van
Antwerpen dekken gevén dus voldoende
waarborgen : twee sinjoren, een knap histo-
ricus en bibliograaf van de geschiedenis van
Antwerpen en een sappig verteller. Toch
brengt het boek nog verrassingen en valt het
nog boven verwachting mee.
213 |