Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>positiën veroveren, ons gevangen nemen, de stad bezetten en dan ware het met den opstand, met de vrijheid, met de onafhankelijkheid gedaan.</p>
<p>En met de republiek ook, sprak Pierre in het Vlaamsch, zoo goed hij kon.</p>
<p>Op! op! mannen, riep er een uit den hoop, wie weet zijn de Hollanders niet reeds op weg! Op, hier blijven zitten en bewust zijn van het gevaar dat de stad bedreigt is onze zaak en onze medestrijders verraden.</p>
<p>-- Gust heeft gelijk, zeiden verscheidenen der aanwezigen, die reeds opgestaan waren en hunne wapens hadden gegrepen.</p>
<p>-- Maar vrienden, merkte André op, thans is die bezetting der barrrikaden niet meer noodig. Hadden de Hollanders ons willen aanvallen, zouden zij de vervolging van mijn broeder hebben opgegeven? Zouden zij niet tot aan onze bastions doorgedrongen zijn, in de hoop hem te vangen en terzelfder tijd misschien een stouten stoot te kunnen doen? En nog iets. Heeft Victor ons niet verhaald dat het leg, de staf, de prins, ter neêr geslagen, ontmoedigd zijn en dat zij eerder aan een eervollen aftocht dan aan een nachtelijken aanval denken? Vóór het verhaal mijns broeders te kennen, moesten wij de barrikaden bewaken, omdat wij de inzichten des vijands niet wisten, maar thans mogen wij gerust blijven zitten en ons verhaal over het ontstaan der omwenteling voortzetten.</p>
<p>Die juiste redeneering droeg de goedkeuring aller aanwezigen weg. Gedurende eenigen tijd werd er nog veel over het voorgevallene met Victor, over de gebeurtenissen van den dag gesproken, doch eindelijk luidde de algemeene eisch der vrienden, dat André zijn verhaal voortzetten zou!</p>
<p>Deze vervolgde aldus :</p>
<p>Ik heb i goed de vijf klassen onzes volks vóór den opstand getoond. Het is wel verstaan dat ik slechts den</p>
</text>
|