| Full text |
zins anders opgevat dan de gewone « principale» brieven on-
zer ambachten. Het stuk staat meer in den geest van het
stadskeurboek dan in dien van het corporatisme. Ziehier
de voornaamste punten :
«In den eerste, dat van nu voortaan niemand geener-
hande ooft verkoopen noch leveren zal mogen dat men
met maten verkoopt, dan met een gebrande maat, met
der stad teeken geteekend, den ambachte toebehoorend
(tonnen van 44 gelten en halftonnen van 22 gelten).
Item zoo zal het ambacht hebben en in gereke hou-
den 6 tonnen geheeten geheel tonnen en 6 halftonnen.
Van elke 12 tonnen die men daarmede meten zal, zal
men den ambachte geven één gr.
Item dat van nu voortaan niemand die in het ambacht
niet is, geenerhande lagen van fruit zal mogen houden
binnen Antwerpen om te verkoopen of te venten meer
dan één dag te week.
Item dat geen gildebroeder van het ambacht geens
vreemds mans goed verkoopen mag.
Item dat niemand die in het ambacht niet is, geener-
hande goed dat het ambacht aankleeft, koopen zal bin-
nen Antwerpen, op het hout (d.i. op stam) om het voort
te verkoopen.
Item dat men van de 100 groote noten die men met de
maat leveren zal, geven zal 3 gr. En dat niemand noten
tellen noch meten zal, hij en zal zijn vrij in het am-
bacht.
Item dat niemand warmoes, houwen (erwten in de
peul) look, deylinge (?) noch geenerhande aardvrucht
den ambachte toebehoorend, koopen noch verkoopen en
zal, hij en zij in het ambacht, behoudelijk altijd dat de
poorters van de stad, hebben zij wat overschoots dat op
hun eigen erf gewassen is, dat zij dat zullen mogen ver-
koopen op twee marktdagen in elke week te weten op
Vrijdag en Zaterdag en dat de vrouwkens die achter
49
? |
