| Full text |
De Nationale Handel.
Er zijn dus slechts twee vreemde natiën binnen Antwerpen
gevestigd geraakt tijdens onze periode, de Oosterlingen en de
Engelschen, en we hebben hun geschiedenis overloopen. Bij-
zondere privilegieering was er bovendien voor de Bruggelin-
gen die zoo nauw verwant waren met de Oostersche en En-
gelsche handelaars, dat men ze ook ter wille der groote
vreemden moest in eere houden, Tegenover Brugge voert Ant-
werpen een wederkeerigheidspolitiek : wat de Antwerpsche
schippers of handelaars te Brugge genieten, krijgen die van
Brugge te Antwerpen. Men zal verder zien, in de studie van
het accijnswezen, dat ook de Brugsche huidenhandel een ze-
kere vrijstelling genoot.
Tegenover Mechelen stond men in geheel ander verhou-
dingen. Lange jaren zijn de Mechelsche goederen uitgesloten
gebleven van de Antwerpsche markt.
Wat nu de eigen-landsche handel betreft, de handel van
Antwerpsche voortbrenger, verwerker of handelaar met an-
dere Antwerpsche of Brabantsche koopers en verbruikers, —
hebben we vooral op twee bedrijven te letten: op den laken-
en linnenhandel en op den haringhandel. Voor het overige
(visch- en vleeschhandel, zouthandel, enz.) verzenden we naar
| onze studie op het ambachtswezen, waarin deze eerder am-
| bachtelijke bedrijvigheid zoo verre als mogelijk werd inge-
studeerd.
De laken- en linnenhandel. — We hebben bij den aanvang
onzer economische geschiedenis de lakenvoortbrengst behan-
deld. We wezen er op dat Antwerpen eerder de markt dan
het werkhuis van het laken geworden was. Wat het « werk-
huis» of de nijverheid van laken en linnen te Antwerpen
| beteekende hebben we daar dan ingestudeerd. Hier nog een
| woord over den handel.
Ki Antwerpen is een belangrijke marktplaats voor de weef-
168
? |
