| Full text |
ie Over het beloonen en firaffen
" f
verwachten , hiertoe is meerder noodig , en daartoe
moet het gevoel voor het geheel der ware geluk.
zaligheid , en de kennis van den ganfchen zamen.
hang der middelen ter harer bereiking , volko»
men ontwikkeld worden,
Van de verfchillende foorten van tijdelijke bes
looningen en ftraffen nu geeft ons con zelve
een voorbeeld. Zij zijn tweederlei : namelijk „2-
duurlijke en flellige; doch beide worden door
Hem gebezigd tot één doel, te weten: ter be-
vordering van ons waar geluk, door de betrach.
ting van deugd; of, met andere woorden , door
de opvolging van zijnen wil. Laten wij eerst
van de natuurlijke fpreken.
De Schepper en Vader van alle menfchen ,
wel wetende, dat de ftrijd van het vleesch te-
gen den geest voor den nog zinnelijken mensch
Te zwaar, en de invloed wan het tegenwoordige ,
boven het afgelegene toekomende te groot is,
dan dat enkel het geloof aan eene toekomst,
waarvan men zich nog geen regt denkbeeld kan
vormen , in ftaat zou zijn, om den mensch tot
zulke herhaalde opofferingen wan een tegenwoor.
dig , zeer aanlokkend genoegen te bewegen, als
zijn wil van allen , die eene zalige eeuwigheid
verwachten, vordert: — die Schepper en Va-
der {chikte zich ook hierin naar Onze zwak.
heid , en gaf aan onze natuur eene zoodanige
risting, dat aan alle onze gezindheden en daden,
die met zijnen wil overeenkomen » reeds in dit
leven , aangename en goede; doch aan de tegen-
overgeftelden , onaangename en kwade gevolgen,
onaffcheidelijk verknocht zijn. Dus, bij voor:
beeld, heeft de betrachting van den pligt der ma-
tigheid eene goede gezondheid en eenen vrolijken
Ole
? |
