Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>Waarlijk de heeren des VOlrloopig Gouvernernents waren op een goeden weg; het Congres is hun echter daarop niet gevolgd, want, zooals iedereen weet, het vernietigde dit besluit. Het Voorloopig Gouvernement hield zich in de kiezingen gansch onzijdig. De heer De Potter stelde zelfs voor om geen lid van dit Bestuur deel van het Congres te laten maken. Dit werd verworpen. In al zijne daden en voorstellen zagen wij den heer De Potter als een toonbeeld van belangloosheid optreden. Schoone eigenschap, maar uiterst zeldzaam bij den mensch en nog zeldzamer bij de politieke mannen! Den 10 November werd het Congres geopend. Honderd tweeen-vijftig vertegenwoordigers namen er deel aan. De heer Gendebien, oudste lid, werd tot voorzitter dezer vergadering gekozen. De heer De Potter, de bejaardste der leden van het Voorloopig Gouvernement, verklaarde plechtig het Nationaal Congres ingesteld.</p>
<p>Daar hebben wij nu dit Congres, uit groote burgers, edelen en priesters samengesteld. Dus de drij bezittende standen der maatschappij, waarvan de eerste de twee laatsten, eenige jaren geleden, bloedig had geslagen. Daar zaten drij partijen tegenover elkander, in schijn bevriend, maar die onmogelijk eensgezind konden blijven; ieder harer trachtte voor zijn stand zooveel voorrechten mogelijk te ontvangen. Aan het volk dacht geene enkele. Die er liet minst verkregen waren de edelen; niets van de voordeelen welke vroeger aan hun naam en blazoen verbonden waren, werd hun door de wei geschonken. Wij drukken op de woorden door de wet, omdat, ondanks die niet erkenning, zij toch, dank aan hunnen titel en naam, zich vele poorten zagen openen en hooge posten toekennen.</p>
<p>Daarna kwamen de priesters; het was eene nederlaag voor hun bij huwelijk en geboorte vangeenen tel meer te zijn,want de priester misbaar maken in de familiebetrekkingen, is een</p>
</text>
|