Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>0, kan hier nog onkunde in het spel zijn? Kan die verrechtvaardiging door Leopold's hoofdkwartier ingeroepen worden? Neen, duizendmaal neen, hier toont alles ,de medeplichtigheid aan in een schandelijk plan om onze omwenteling te vernederen, uit te moorden tot gerustelling der koningen door de revolutie bedreigd, tot vergelding van Willem van Oranje, voor de 'beleedigingen zijner oproerige onderdanen. En alhoewel de door ons aangehaalde en onloochenbare bewijzen, voor -eeuwig de nagedachtenis van Leopold I reeds brandmerken, willen wij er nog anderen, nog meer verpletterende getuigschriften aanhalen, om bij den rechtzinnigsten koningsgezinden den laasten twijfel over het verraad van een zijner afgoden te ontnemen. Het is den 8 Oogst. Hoe is de toestand? Daine staat op het punt aangevallen te worden en de Tieken wijkt naar Aarschoot, waar de koning zich bij hem zal voegen. Leopold I weet goed dat Daine niet verwittigd is, dat hij tegenover een leger zal staan, viermaal sterker dan het Zijne; hij weet ten volle dat, op het °ogenblik wanneer hij in het leger van generaal de Tieken treedt, Daine's krijgsmacht reeds moet omsingeld, aangevallen zijn en zijn noodlotttig -einde nabij is. En wat doet Leopold I, ten volle van dit alles bewust? Hij schrijft den volgenden brief aan den Franschen generaal Belliard : Aarschoot, 8 Oogst 1831. 92 MIJN WAARDE GENERAAL, » Ik ben hier vroeg in den morgend aangekomen. Ik heb 1500 mannen der burgerwacht en 20 gendarmen met mij genomen en heb mij, met alle de militaire voorzorgen, naar West-Meerbeek, dicht bij Westerloo gericht. Daar heb ik het geluk gehad mij met Tieken te vereenigen. Die generaal, die ik hier medegeleid heb, heeft omtrent 13,000 mannen onder de wapens. Ik ben door de troepen, die doodmoede</p>
</text>
|