Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>barrikaden hier en daar door een handsvol edelmoedigen en helden opgeworpen, welks bloed tot zaad voor de toekomstige omwentelingsideeën strekken zal; broeien in één woord, te midden dier maatschappij met hare schandelijke ongerechtigheden en wraakroepende wanverhoudingen. De gebeurtenissen dwongen de burgers en werklieden hun twist te staken, om gezametlijk het naderend Hollandsch leger, den algemeenen vijand, te bestrijden. op eens verscheen de proclamatie van prins Frederik, welke gij allen kent en waarin hij ons geboodt de poorten voor hem te openen. Gij weet hoe wij den man onthaald hebben. Wij hebben niet onze poorten, maar onze kardoesdoozen voor hem geopend en hetgeen mijn broeder Victor in het Hollandsch kamp heeft vernomen, schenkt ons de verzekering dat dit niet nutteloos is geweest. Ziedaar, vrienden, het verhaal over het ontstaan der omwenteling in ons land. Niemand kan nu voorspellen wat er gebeuren zal. Van de zege onzes opstands hangt er veel, wellicht alles af, want triomfeeren wij hier, gansch het land zal ons volgen en wanneer het Hollandsch leger niet ééne stad verslagen kon, hoe zou het dan in staat zijn gansch een land ten onder te brengen, dat iedere stad, ieder dorp, iederen steenweg, iedere hut met razernij zou verdedigen? Met eenige uren, vrienden, zal het kanon wek- bulderen, het vaderland ons offer eischen. Noch gevreesd, noch geaarzeld, maar ten strijde! Ten strijde niet alleenlijk tegen het Hollandsch gouvernement, maar ook tegen alle mannen ef standen, die het verdrukkingssysteem der Nassau's hier zouden willen voortplanten! Die laatste woorden werden met bravoskreten begroet. Al de vrienden reikten aan André de hand. Eenige uren nadien stonden onze mannen weder aan de barrikaden.</p>
</text>
|