Full text |
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<text>
<p>vond den monark wrevelig over dit aanhouden en toenemen der beweging. Middelerwijl verspreidde zich in de stad het gerucht dat versehe Hollandsche troepen naderden, om diegenen te versterken welke er zich reeds bevonden. Het volk verzette er zich tegen dat zij de stad binnen kwamen. Men trad in Onderhandelingen en besloot de terugkomst der deputatie af te wachten. Op 31 Oogst wilden de Hollandsche troepen, door de twee zonen van koning Willem aangevoerd,de stad binnentrekken. Zij eischten vooreerst dat de Brabandsche kleuren en alles Wat in strijd was met de Hollandsche dynastie, verdwenen. Het volk verontwaardigd, maakte zich tot den opstand, tot de verdediging der stad gereed; de burgers kregen schrik, zonden afgevaardigden op afgevaardigden en eindelijk werd er besloten dat de prins van Oranje alleen met zijn staf de stad binnen trekken zou. Zoodra dit nieuws was geweten, stroomde gansch de bevolking in de straten en bezette de wegen die den prins door trekken moest om van eene der poorten naar het stadhuis te komen.</p>
<p>De troepen en de burgers waren onder de wapens om de orde te handhaven onder de duizende menschen saamgestroomd om de intrede bij te wonen. Door de kreten:" Leve de Vrijheid Werd de prins ontvangen. Op eene openbare plaats, dicht bij Zijn paleis gekomen, wilde hij op de kreten des volks antwoorden en riep : Leve de Vrijheid! Leve de Koning! liet volk zweeg. Dit was een harden slag voor den prins en bewees hem dat, genot hij nog eenige populariteit, de liefde 'Oor de dynastie der Nassau's bij ons volk veel, heel veel was 'verzwakt. De drang werd met iederen oogenblik grooter, de troepen en burgers< zouden weldra niet meer bij machte geweest zijn het volk tegen te houden, dat naar den prins stroomde, om hem naar het stadhuis te voeren. De troonopvolger schrikte bij gansch die beweging en</p>
</text>
|